… zij een postadres verstrekken aan dakloze cliënten van ons maatschappelijk werk.
Dirk (25) en Rinze (23) Zegwaard, die samen met hun jongste broer Sjoerd in een appartement in Venserpolder wonen, kregen hun sociale betrokkenheid mee van hun moeder Janneke, die bij De Regenboog Groep werkt. Zo maakten de broers al vroeg kennis met projecten voor daklozen en zorgden ze bij speciale activiteiten, bijvoorbeeld feest- en sportdagen, voor extra handjes. Nog steeds zetten ze zich met veel plezier in. Ondanks hun drukke leven. Dirk combineert lesgeven aan de Hogeschool van Amsterdam met een masterstudie. Rinze is tevens bezig met zijn master en werkt daarnaast twee dagen per week als dagcoördinator in een inloophuis van De Regenboog Groep.
Een eerste stap
De twee broers hoorden ruim vier jaar geleden over de pilot met de briefadressen. Rinze: “Onze moeder vertelde erover. Zij kon zelf niet deelnemen, omdat ze buiten Amsterdam woont. Wilden wij ons misschien aanmelden?” Sindsdien gebruiken cliënten van De Regenboog Groep het adres van Dirk en Rinze in Zuidoost voor hun post. Per jaar zijn dat er één of twee. Rinze vertelt meer over de grote impact van het kleine gebaar: “Als je bezig bent om de boel op een rijtje te krijgen in je leven, dan maakt het echt veel uit dat je een adres hebt. Denk aan alles wat je nodig hebt voordat je officieel ergens kunt gaan werken. Een briefadres is de basis om een eerste stap te kunnen zetten.” Dirk: “Voor ons als hoofdbewoners gaat het dus puur om het verstrekken van een briefadres, zodat mensen post kunnen ontvangen. Ze staan niet op jouw adres ingeschreven, je krijgt niet te maken met gemeentelijke heffingen. En je hoeft niet heel bang te zijn voor deurwaarders op de stoep.”
“Het is een klein gebaar met een grote impact”
Dirk en Rinze
Succesverhaal
Rinze: “In het begin komt er regelmatig post, daarna stabiliseert de stroom. Dan stuurt een van ons een berichtje dat er iets binnen is, waarna de persoon het komt ophalen.” Dirk: “Het is een leuke en makkelijke manier om iets betekenisvols te doen.” Rinze: “Een briefadres wordt toegekend voor een jaar, maar mag elk jaar worden verlengd. Dit doen we bij een meneer die ik ken van de inloop. Hij had een drankprobleem en sliep op straat. In de jaren dat wij zijn postadres zijn, is hij afgekickt, heeft hij legaal werk op Schiphol gevonden én een dak boven zijn hoofd. Maar daar kan hij -nog- niet officieel worden ingeschreven. Nu breng ik de post bij hem langs. Het is best ver om de post bij ons op te halen en ik ga toch naar mijn werk in het centrum. Toen deze meneer zijn kamer net had, nodigde hij Dirk en mij uit. Om bij hem koffie te komen drinken in plaats van bij ons of in het inloophuis. Dat vond ik een mooi, dankbaar gebaar.”
Tekst: Iris Stam | Fotografie: Bas Evers