Willem klapt zijn laptop open. Zijn Regenboogmaatje Margot kijkt over zijn schouder mee. Samen zijn ze op zoek naar een woning voor Willem. Zo zitten ze er elke maandagmiddag bij. “Een woning vinden, is een kwestie van zoeken”, zegt Willem op z'n Cruijffiaans.
Met Willem (34) komt in het stille buurthuis aan het Roelof Hartplein het leven binnen. “Ik ben twintig zoekpunten gestegen”, valt hij met de deur in huis. “Goed man”, zegt Margot (29). Ze weet hoe druk Willem is. Hij werkt fulltime en moet vaak oppassen op zijn neefjes en nichtjes. Maar deze week niet. “Omdat ik niet hoefde op te passen, had ik eindelijk tijd voor die woningsites. Ik heb drie dagen vét lopen reageren en heb nu drieëntwintig punten.” Ondertussen verschijnt de Bloemstraat in beeld. Willem heeft geen idee waar die ligt, maar klikt meteen. Hij reageert op alles. “Een woning vinden, is een kwestie van zoeken.”
Maatjes
Willem en Margot kennen elkaar nu een half jaar. Ze zijn aan elkaar gekoppeld door De Regenboog Groep en komen elke maandagmiddag anderhalf uur bij elkaar in buurthuis Lydia, een zelfstandig buurthuis gerund door buurtbewoners. Margot wilde naast haar werk graag vrijwilligerswerk doen, maar dan wel iets concreets. Willem zoekt al tien jaar naar een woning. Veel concreter krijg je het niet. En hij is dolblij met Margot. “Ik zeg je eerlijk: zonder Margot had ik niet geweten wat er allemaal was. Ik kende eigenlijk alleen WoningNet en sites waar je heel veel geld moet betalen. Vaak oplichters. Een woning zoeken op Marktplaats vertrouw ik ook niet. Margot kwam met allerlei mogelijkheden waar ik geen weet van had, Funda bijvoorbeeld en Woonmatch Waterland.”
Onder de Pannen
Tien jaar geleden kwam Willem na een geknapte relatie op straat te staan. In de jaren die volgden, sliep hij afwisselend bij zijn broertje in Amstelveen, zijn broertje in Amsterdam-West en dan weer bij zijn ouders. Heel soms sliep hij buiten in een portiek. Een jaar geleden sliep hij bij Bert, in Amsterdam-Noord. “Bert is een aparte, maar wel een relaxte. Hij had een kamer over. Daar mocht ik een jaar verblijven. Via het project Onder de Pannen. Dat was mijn eerste kennismaking met de Regenboog. Ik had nog nooit van de Regenboog gehoord, voor mij was dat zo'n ding in de lucht. Enfin, na Bert had ik de mazzel dat ik weer bij mijn broertje terechtkon. Nu zoek ik iets voor mezelf.” Harde lach: “Eigenlijk mag ik helemaal niet weg van mijn broertje. Ik kook te lekker!”
De kanteling
Willem kwam bij de Regenboog via de afdeling Bijzondere Doelgroepen van de GGD, vertelt hij. “Ik maakte er een praatje met Koen, een hele aardige gozer trouwens. Hij kijkt me aan en zegt: ‘Jij bent geen junk hè?’ Nee, ik ben geen junk, nee. Hij zegt: ‘Jij moet naar de Regenboog. Daar hebben ze een project waar je kunt slapen bij Amsterdammers die een kamer overhebben.’ Enfin, zo kwam ik bij Bert terecht.” En toen begon alles te kantelen. “Ze hebben me bij de Regenboog echt slimmer gemaakt. Instantie-wise, bedoel ik dan. Ik weet nu veel meer dan ik wist. Margot heeft me nóg weer slimmer gemaakt. Ze heeft me geholpen met het maken van een overzicht. Er zitten inderdaad veel oplichters tussen al die woonsites. Dus we hebben eerst schoon schip gemaakt. En nu gaan we elke maandagmiddag samen zitten. We kijken naar huizen, leggen contact met makelaars en reageren op woningen.”
De economisch dakloze Willem en zijn maatje Margot druk op zoek naar huizen
Margot kan zich niet voorstellen hoe het is om geen woning te hebben. “Waar slaap je dán? Hoe ga je naar je werk? Je hoeft maar één afslag te missen in je leven en je staat op straat. Toen ik weer eens iets las over mensen die wél werk hadden maar geen woning, dacht ik: het zal je maar gebeuren. Nog diezelfde dag besloot ik maatje te worden.”
Ook maatje worden? Check deze pagina
Tekst: Nicolline van der Spek | Fotografie: Merlijn Michon