PROBLEEM?
| Er is meer hulp nodig in Amsterdam-Zuidoost. Dit stadsdeel kent een sterke stapeling van (sociale) problematiek: veel armoede, kwetsbare mensen en gezondheidsproblemen.
|
WAT DOET DE REGENBOOG?
| In Zuidoost actief zijn met een inloophuis, Cliënten Informatiepunt (CLIP), Psychiatrie Café, Koffieclub, én met onze maatjes die mensen een steuntje in de rug bieden bij het veranderen van hun situatie.
|
WAT KAN JIJ DOEN?
| Net als Myrthe maatje worden van iemand in Zuidoost die eenzaam en psychisch kwetsbaar is: meld je aan onderaan dit artikel.
|
“ZULLEN WE GAAN SCHAKEN?”
Soms heb je even een extra grote broer of zus nodig om je door een moeilijke periode heen te helpen: een Myrthe. Een jaar lang trok ze als vrijwilliger van De Regenboog Groep op met de dertienjarige Cevdet uit Amsterdam-Zuidoost.
Een jaar geleden ging het niet zo lekker met Cevdet. Op de basisschool vond hij weinig aansluiting en ook in de buurt kreeg hij geen contact met leeftijdgenoten. Cevdet voelde zich soms wat alleen, hij wilde gewoon leuke dingen doen, het liefst buiten. Ook had hij last van paniekaanvallen. Zijn ouders trokken aan de bel bij De Regenboog Groep, en daar was de tweeëntwintigjarige Myrthe. “Ik vond het best spannend in het begin”, blikt ze terug op de kennismaking. “Ik voelde me verantwoordelijk als maatje. Jij bent toch die uitreikende hand. Gaat hij hem aannemen? Is er wel een klik?”
Mooie herinneringen
Myrthe is jong van geest en Cevdet is mentaal wat ouder. Hij heeft het nodige meegemaakt in zijn leven en dit zorgde ervoor dat hij zich op de basisschool anders voelde dan zijn leeftijdgenoten. Nu zit hij op de middelbare school in het centrum van de stad en gaat het een stuk beter. Ook omdat hij het afgelopen jaar met Myrthe optrok natuurlijk. Ze zitten in kleermakerszit bij Cevdet thuis op de bank en halen herinneringen op. Cevdet: “De eerste keer zijn we gaan zwemmen in de Gaasperplas. Zonder zwemkleding en handdoek. Ik dacht dat mijn moeder boos zou zijn, maar dat was ze gelukkig niet.”
“Op diezelfde dag ontmoetten we de ‘familie Scherp’”, lacht Myrthe. “Een familie rivierkreeften”, legt Cevdet uit en vervolgt: “Bij de Gaasperplas heb je een muur met een gat erin. Daarin zagen we de kreeften die we toen de ‘familie Scherp’ hebben genoemd. We hebben ook een keer gekanood in het Amsterdamse Bos, toen waaide het heel hard en kwamen we bijna niet vooruit.”
Samen koken
Vandaag waait het nog veel harder, het stormt, dus besluiten Myrthe en Cevdet binnen te blijven. “Zullen we gaan koken?”, oppert Myrthe. Cevdet haalt zijn schouders op. Hij komt net uit school en moet even schakelen. Ineens schiet Myrthe in de lach: “Weet je nog die keer dat het helemaal mislukte? Iets met bosbessen ...” De lach van Cevdet is minder uitbundig, maar de herinnering vrolijkt hem wel op. “Myrthe doet altijd heel veel ingrediënten overal in”, zijn ogen sprankelen, “heel veel boter bij de appelkruimeltaart, of heel veel tomatensaus bij de Shakshuka. Dan roep ik: ‘stop, stop!’, maar gaat ze gewoon door.” Goed, maar wat zijn de plannen? “Zullen we gaan schaken?”, Cevdet veert al op om het bord te pakken.
Overwinning
De twee zijn op de grond gaan zitten met het schaakbord tussen hen in. “Hoe zijn de mensen in je klas?”, vraagt Myrthe, terwijl ze een van haar pionnen naar voren schuift. Cevdet denkt nog na. Eerst een zet, dan een antwoord. Geen twee dingen tegelijk. “Zijn er bepaalde mensen met wie je het goed kan vinden?”, probeert Myrthe nog een keer. Bam, haar pion sneuvelt. “Ja hoor”, reageert Cevdet bedachtzaam. “We zijn naar Texel geweest met de klas. Daar zijn we naar zo'n zeehonden-aquarium-ding geweest.” “Ecomare, cool!”, roept Myrthe. Niet veel later staat ze schaakmat en feliciteert ze haar maatje met zijn overwinning.
* Cevdet wilde niet herkenbaar in beeld